Als je veel reist kom je natuurlijk in veel verschillende hotels en andere accommodaties terecht. Ik moet de afgelopen 25 jaar in honderden verschillende onderkomens geslapen hebben, de tel ben ik allang kwijt. De meeste kamers vergeet je vrij snel, vaak lijken ze wat op elkaar, maar sommige onderkomens blijven je bij. Omdat ze heel apart zijn of ongelofelijk basic, omdat ze prachtig liggen, omdat de mensen er bijzonder waren of omdat het ontbijt er uitmuntend was. Een handvol hotels en resorts zijn me hiernaast bijgebleven omdat ze echt onvoorstelbaar mooi en luxe waren en omdat de service er geweldig was. Resorts op de Maldiven bijvoorbeeld, of het Belmond Reid’s Palace in Funchal.

Werk van Le Mayeur
Afgelopen najaar kon ik op Bali in twee bijzondere overnachtingsgelegenheden verblijven die me ongetwijfeld eveneens zullen bijblijven. Het eerste was Hotel Tugu bij het strand van Canggu, boven Seminyak en Kerobokan. Eigenaar is Anhar Setjadibrata, de grootste antiekverzamelaar van Indonesië. Setjadibrata bezit onder meer ook hotels op Java en Lombok, is eigenaar van de oudste koffieplantage op Oost-Java en heeft vier toprestaurants in Jakarta, waar hij de cateraar is van het Indonesische presidentiële paleis.
Hotel Tugu Bali is in traditionele Balinese stijl gebouwd en volop gedecoreerd met kunst en antiek uit verschillende delen van Indonesië, uiteraard ook uit de koloniale periode. Opmerkelijk is de Puputankamer, rechts van de entree. Rond een grote tafel in het midden herinnert een bijzondere collectie voorwerpen aan de puputans (rituele zelfmoorden) van 1906 in Denpasar en 1908 in Klungkung, waarbij meer dan duizend Balinezen de dood tegemoet traden om niet de schande te hoeven ondergaan van een overgave aan de Nederlanders. Ook bijzonder is de Le Mayeur-villa, waar alles herinnert aan de Belgische schilder Adrien-Jean Le Mayeur de Merprès. De villa is 200 m2 groot, ligt in een vijver vol lotusbloemen, heeft een eigen zwembad en is ingericht met – deels originele – voorwerpen die herinneren aan de Belg en zijn muze, de legongdanseres Ni Polok. Het Walter Spies-paviljoen (170 m2) heeft eveneens een eigen zwembad en verder een dinerpaviljoen, een eigen tuin en een bad in de open lucht. Het paviljoen is al net zo schitterend ingericht als de Le Mayeur-villa, in dit geval onder meer met originele schilderijen en foto’s van de Duitse schilder Spies, zijn oude camera en ingelijste brieven naar zijn familie in Duitsland.

Walter Spies-paviljoen, Hotel Tugu
Helaas verbleef ik niet in een van deze villa’s maar mijn ‘gewone’ dedari-suite mocht er ook zijn: smaakvol ingericht, eigen zwembadje met schommelbank erbij, schitterende openluchtbadkamer, the works. Als klap op de vuurpijl wordt er ook nog eens formidabel gekookt in het hotel. De ontbijtkaart is veruit de beste en meest uitgebreide die ik bij al mijn bezoeken aan Bali ben tegengekomen, terwijl de vorstelijke koffie gemaakt wordt van bonen van de eigen plantage op Oost-Java.

Hotel Tugu, healthy reakfast
Kan het nòg exclusiever, denk je dan? Ja. Na Canggu kon ik drie nachten het hoofd te ruste leggen in The Purist Villas. Dat is een smaakvol aangelegd complex in de rijstvelden net ten noorden van het centrum van Ubud, een paar jaar geleden gebouwd in opdracht van een Spaans-Nederlands echtpaar dat soortgelijke luxecomplexen bezit op Ibiza en in Marrakech. The Purist biedt prachtige individuele villa’s en suites. De villa’s hebben allemaal een eigen tropische tuin en de meeste hebben een eigen zwembad. Ik had het geluk dat de Timor Villa vrij was, een complex van 470 m2 groot met een historische Timorese villa (wanden met traditioneel houtsnijwerk zijn van Timor overgebracht) én een moderne Balinese villa, een groot houten voorterras en aan de andere kant een fors eigen zwembad met groot zitgedeelte tegenover de Balinese villa. Je moet het gezien hebben om het te kunnen geloven, zo schitterend en ruim was het. Het was zo’n overnachtingsgelegenheid waar je eigenlijk nooit meer weg wil en waar je na een uitstapje in de omgeving zo snel mogelijk weer wilt terugkeren. Toen mijn drie nachten om waren hebben twaalf Balinezen me moeten losrukken van de deurpost waaraan ik me vastklampte, waarna ik hevig tegenstribbelend met zachte hand van het terrein verwijderd werd.

Timor Villa