In november 2019 bezocht ik Venetië om er research te doen voor een nieuwe reisgids Noordoost-Italië. Niet zo best gepland, bleek bij aankomst, want het water kwam schrikbarend snel op: Venetië kreeg te maken met een bijna historische acqua alta. Alleen ergens in de jaren zestig kwam het water nog nét iets hoger de stad in.
Zo’n extreem geval van acqua alta is een ramp voor de historische stad. Piazza San Marco, kades en straten komen onder water te staan en gebouwen, winkels en huizen lopen flinke waterschade op, ondanks geplaatste schotten en zandzakken. Door het hoge water van november 2019 liep zelfs een deel van de San Marcokathedraal onder, met alle gevolgen van dien. Het moge duidelijk zijn dat mijn research gedeeltelijk in het water viel en dat een terrasje pikken langs het Canal Grande er niet in zat.
Om dit soort calamiteiten te voorkomen, staat er al jaren een ambitieus project in de steigers om Venetië van de verdrinkingsdood te redden. Het heet MOSE en het bestaat uit een mobiele stormvloedkering die de lagune bij hoog water van de Adriatische Zee moet afsluiten. Men begon met de aanleg in 2003, maar vanwege corruptie en andere hindernissen is het nog steeds niet helemaal af; de begrote kosten van 1,6 miljard euro zijn al gestegen naar 5,5 miljard. Als zich geen al te grote tegenslagen meer voordoen, is de stormvloedkering ergens begin 2022 helemaal gereed. Maar ja, sommige delen die al zijn aangelegd beginnen alweer te verroesten. Gelukkig heeft MOSE zich goed gehouden toen het systeem op 3 oktober 2020 voor het eerst werd geactiveerd; het San Marcoplein en andere laaggelegen delen van de stad bleven droog, ondanks de hoge waterstanden in die periode. Er gloort dus hoop voor de Venetianen en voor reisgidsauteurs die zonder natte voeten hun werk willen doen.