Iets minder dan 50 kilometer ten noordwesten van de Noord-Indiase stad Rishikesh ligt Dehradun, de hoofdstad van de deelstaat Uttarakhand. Dehradun is bekend om de goede scholen en de basmati-rijst die er vandaan komt. Ik laat de rijstvelden links liggen en ga naar voorstad Clement Town, want daar ga ik voor National Geographic Traveler langs bij Bobby Cash (geboren als Bal Kishore Das Loiwal), de bekendste country & westernartiest van India. Hij verwelkomt me met een brede grijns, cowboyhoed op, donkere zonnebril, jeans, cowboylaarzen en een klassiek westernhemd met franje. Precies zoals het hoort, maar India is natuurlijk wel een van de laatste plaatsen waar je zoiets zou verwachten.
‘Een tante van me studeerde in de jaren zestig in Nashville, Tennessee’, legt de artiest uit. ‘Zij stuurde destijds de nieuwste countryplaten naar ons toe. Ik had ook een oom die zelf gitaren maakte, en zo ben ik in mijn jeugd al in de ban geraakt van country & western en ben ik zelf nummers gaan naspelen.’
Bobby had talent, maar in eerste instantie timmerde hij aan de weg met Indiase hindi-pop. Nadat hij drie albums had uitgebracht – met titels als Ruk Ja Baby – was hij er wel op uitgekeken. ‘Ik ben toen in New Delhi naar een grote westernbar gegaan die destijds erg populair was. Ik ging er aan de bar zitten en pakte op een gegeven moment de karaoke-microfoon op en begon een countrynummer mee te zingen. Terwijl ik zong begon het in de hele zaak stil te vallen, en toen ik klaar was kreeg ik een groot applaus. De manager kwam vervolgens naar me toe en vroeg of ik ook live optredens wilde geven, en dat wilde ik wel.’
‘Op een avond was er een Australische filmcrew in de bar,’ vervolgt Bobby. ‘Ze hoorden me optreden en nodigden me daarna uit om naar het grootste countryfestival in Australië te komen, het Tamworth Country Music Festival. Daar wilden ze dan een documentaire over me maken.’
Die documentaire kwam er, met als titel: The Indian Cowboy – One in a Billion. De rest is geschiedenis, om het even kort samen te vatten. Bobby werd bekend en verwierf vervolgens ook faam in de Verenigde Staten. Sindsdien heeft hij verschillende countryalbums uitgebracht en met de grootste Australische en Amerikaanse countryartiesten samengespeeld, onder wie de iconische Smokey Dawson. Zijn levensverhaal bevat nog veel meer ingrediënten die een enerverend boek zouden opleveren: zijn excentrieke grootvader bijvoorbeeld, die graag ging skiën in Davos, op groot wild jaagde met filmacteur Robert Mitchum en het familiefortuin verbraste, of de puissant rijke graszadenboer in Australië die Bobby’s eerste countryalbum financierde.
Nadat ik mee heb mogen lunchen met Bobby’s gezin krijg ik nog een privéconcert voorgeschoteld. Losjes uit de pols speelt ‘The Indian Cowboy’ een paar countryklassiekers, waarna hij voor de gast nog even Una Paloma Blanca van George Baker ten gehore brengt. Hoewel ik geen countryliefhebber ben, heeft de Indian Cowboy er vanaf nu voor altijd een fan uit Nederland bij.